\(\)In een doos met 441 stukken snoepgoed zijn \(\frac{5}{7}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{7}\) die een ronde vorm hebben. Hoeveel koekjes die een ronde vorm hebben zijn er?\(\)
\(\frac{5}{7}\times\frac{4}{7}\times 441=180\text{ koekjes die een ronde vorm hebben}\)