Breuken (reeks 1)

Hoofdmenu Eentje per keer 

Reken uit

  1. \(\)In een bedrijf met 900 werknemers zijn \(\frac{7}{9}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{9}{10}\) die minstens 2 kinderen hebben. Hoeveel mannen die minstens 2 kinderen hebben zijn er?\(\)
  2. \(\)In een vrachtwagen met 420 dozen zijn \(\frac{1}{6}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{7}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
  3. \(\)In een doos met 432 stukken snoepgoed zijn \(\frac{7}{9}\) van de stukken snoepgoed gele snoepjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{8}\) die een ronde vorm hebben. Hoeveel gele snoepjes die een ronde vorm hebben zijn er?\(\)
  4. \(\)In een doos met 245 stukken snoepgoed zijn \(\frac{2}{7}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{7}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
  5. \(\)In een doos met 168 stukken snoepgoed zijn \(\frac{2}{7}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{6}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
  6. \(\)In een bedrijf met 256 werknemers zijn \(\frac{7}{8}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{6}{8}\) die minstens 3 talen spreken. Hoeveel mannen die minstens 3 talen spreken zijn er?\(\)
  7. \(\)In een vrachtwagen met 270 dozen zijn \(\frac{2}{5}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{8}{9}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
  8. \(\)In een vrachtwagen met 392 dozen zijn \(\frac{4}{7}\) van de dozen metalen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{2}{8}\) die gebarsten zijn. Hoeveel metalen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)
  9. \(\)In een bedrijf met 360 werknemers zijn \(\frac{2}{5}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{1}{8}\) die minstens 3 talen spreken. Hoeveel mannen die minstens 3 talen spreken zijn er?\(\)
  10. \(\)In een doos met 144 stukken snoepgoed zijn \(\frac{2}{3}\) van de stukken snoepgoed gele snoepjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{6}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel gele snoepjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
  11. \(\)In een vrachtwagen met 105 dozen zijn \(\frac{3}{7}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{3}{5}\) die gebarsten zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)
  12. \(\)In een doos met 140 stukken snoepgoed zijn \(\frac{1}{4}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{5}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)

Reken uit

Verbetersleutel

  1. \(\frac{7}{9}\times\frac{9}{10}\times 900=630\text{ mannen die minstens 2 kinderen hebben}\)
  2. \(\frac{1}{6}\times\frac{1}{7}\times 420=10\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
  3. \(\frac{7}{9}\times\frac{1}{8}\times 432=42\text{ gele snoepjes die een ronde vorm hebben}\)
  4. \(\frac{2}{7}\times\frac{4}{7}\times 245=40\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
  5. \(\frac{2}{7}\times\frac{4}{6}\times 168=32\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
  6. \(\frac{7}{8}\times\frac{6}{8}\times 256=168\text{ mannen die minstens 3 talen spreken}\)
  7. \(\frac{2}{5}\times\frac{8}{9}\times 270=96\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
  8. \(\frac{4}{7}\times\frac{2}{8}\times 392=56\text{ metalen doosjes die gebarsten zijn}\)
  9. \(\frac{2}{5}\times\frac{1}{8}\times 360=18\text{ mannen die minstens 3 talen spreken}\)
  10. \(\frac{2}{3}\times\frac{1}{6}\times 144=16\text{ gele snoepjes die een vierkante vorm hebben}\)
  11. \(\frac{3}{7}\times\frac{3}{5}\times 105=27\text{ kartonnen doosjes die gebarsten zijn}\)
  12. \(\frac{1}{4}\times\frac{4}{5}\times 140=28\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
Oefeningengenerator wiskundeoefeningen.be 2025-04-23 23:39:03
Een site van Busleyden Atheneum Mechelen