Reken uit
- \(\)In een bedrijf met 432 werknemers zijn \(\frac{6}{8}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{3}{9}\) die minstens 2 kinderen hebben. Hoeveel mannen die minstens 2 kinderen hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 90 prullen zijn \(\frac{3}{6}\) van de prullen polsbandjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{5}\) die lekker ruiken. Hoeveel polsbandjes die lekker ruiken zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 128 dozen zijn \(\frac{2}{8}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{4}\) die gebarsten zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 196 stukken snoepgoed zijn \(\frac{2}{7}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{3}{7}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een bedrijf met 360 werknemers zijn \(\frac{2}{4}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{7}{9}\) die minstens 3 talen spreken. Hoeveel mannen die minstens 3 talen spreken zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 252 stukken snoepgoed zijn \(\frac{4}{9}\) van de stukken snoepgoed gele snoepjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{4}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel gele snoepjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 140 stukken snoepgoed zijn \(\frac{1}{5}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{7}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 54 dozen zijn \(\frac{2}{3}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{3}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 280 prullen zijn \(\frac{1}{8}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{2}{7}\) die lekker ruiken. Hoeveel sleutelhangers die lekker ruiken zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 240 dozen zijn \(\frac{4}{6}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{2}{4}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een school met 280 leerlingen zijn \(\frac{3}{5}\) van de leerlingen jongens. Hiervan zijn er \(\frac{5}{8}\) die met de fiets naar school komen. Hoeveel jongens die met de fiets naar school komen zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 320 dozen zijn \(\frac{3}{4}\) van de dozen metalen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{8}{10}\) die gebarsten zijn. Hoeveel metalen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)
Reken uit
Verbetersleutel
- \(\frac{6}{8}\times\frac{3}{9}\times 432=108\text{ mannen die minstens 2 kinderen hebben}\)
- \(\frac{3}{6}\times\frac{1}{5}\times 90=9\text{ polsbandjes die lekker ruiken}\)
- \(\frac{2}{8}\times\frac{1}{4}\times 128=8\text{ kartonnen doosjes die gebarsten zijn}\)
- \(\frac{2}{7}\times\frac{3}{7}\times 196=24\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
- \(\frac{2}{4}\times\frac{7}{9}\times 360=140\text{ mannen die minstens 3 talen spreken}\)
- \(\frac{4}{9}\times\frac{1}{4}\times 252=28\text{ gele snoepjes die een vierkante vorm hebben}\)
- \(\frac{1}{5}\times\frac{4}{7}\times 140=16\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
- \(\frac{2}{3}\times\frac{1}{3}\times 54=12\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
- \(\frac{1}{8}\times\frac{2}{7}\times 280=10\text{ sleutelhangers die lekker ruiken}\)
- \(\frac{4}{6}\times\frac{2}{4}\times 240=80\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
- \(\frac{3}{5}\times\frac{5}{8}\times 280=105\text{ jongens die met de fiets naar school komen}\)
- \(\frac{3}{4}\times\frac{8}{10}\times 320=192\text{ metalen doosjes die gebarsten zijn}\)