Reken uit
- \(\)In een school met 192 leerlingen zijn \(\frac{2}{6}\) van de leerlingen meisjes. Hiervan zijn er \(\frac{6}{8}\) die eten van thuis meenemen. Hoeveel meisjes die eten van thuis meenemen zijn er?\(\)
- \(\)In een bedrijf met 180 werknemers zijn \(\frac{1}{3}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{6}{10}\) die minstens 2 kinderen hebben. Hoeveel mannen die minstens 2 kinderen hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 180 dozen zijn \(\frac{5}{6}\) van de dozen metalen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{8}{10}\) die gebarsten zijn. Hoeveel metalen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 567 dozen zijn \(\frac{5}{7}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{7}{9}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 300 prullen zijn \(\frac{3}{10}\) van de prullen polsbandjes. Hiervan zijn er \(\frac{3}{5}\) die lekker ruiken. Hoeveel polsbandjes die lekker ruiken zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 400 stukken snoepgoed zijn \(\frac{2}{4}\) van de stukken snoepgoed gele snoepjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{10}\) die een ronde vorm hebben. Hoeveel gele snoepjes die een ronde vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 126 prullen zijn \(\frac{1}{6}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{6}{7}\) die fluoriscerend zijn. Hoeveel sleutelhangers die fluoriscerend zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een vrachtwagen met 378 dozen zijn \(\frac{8}{9}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{2}{6}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 252 stukken snoepgoed zijn \(\frac{6}{7}\) van de stukken snoepgoed gele snoepjes. Hiervan zijn er \(\frac{2}{4}\) die een ronde vorm hebben. Hoeveel gele snoepjes die een ronde vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 490 stukken snoepgoed zijn \(\frac{6}{7}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{1}{7}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
- \(\)In een school met 648 leerlingen zijn \(\frac{7}{8}\) van de leerlingen meisjes. Hiervan zijn er \(\frac{6}{9}\) die eten van thuis meenemen. Hoeveel meisjes die eten van thuis meenemen zijn er?\(\)
- \(\)In een doos met 288 prullen zijn \(\frac{2}{4}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{2}{8}\) die lekker ruiken. Hoeveel sleutelhangers die lekker ruiken zijn er?\(\)
Reken uit
Verbetersleutel
- \(\frac{2}{6}\times\frac{6}{8}\times 192=48\text{ meisjes die eten van thuis meenemen}\)
- \(\frac{1}{3}\times\frac{6}{10}\times 180=36\text{ mannen die minstens 2 kinderen hebben}\)
- \(\frac{5}{6}\times\frac{8}{10}\times 180=120\text{ metalen doosjes die gebarsten zijn}\)
- \(\frac{5}{7}\times\frac{7}{9}\times 567=315\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
- \(\frac{3}{10}\times\frac{3}{5}\times 300=54\text{ polsbandjes die lekker ruiken}\)
- \(\frac{2}{4}\times\frac{4}{10}\times 400=80\text{ gele snoepjes die een ronde vorm hebben}\)
- \(\frac{1}{6}\times\frac{6}{7}\times 126=18\text{ sleutelhangers die fluoriscerend zijn}\)
- \(\frac{8}{9}\times\frac{2}{6}\times 378=112\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
- \(\frac{6}{7}\times\frac{2}{4}\times 252=108\text{ gele snoepjes die een ronde vorm hebben}\)
- \(\frac{6}{7}\times\frac{1}{7}\times 490=60\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
- \(\frac{7}{8}\times\frac{6}{9}\times 648=378\text{ meisjes die eten van thuis meenemen}\)
- \(\frac{2}{4}\times\frac{2}{8}\times 288=36\text{ sleutelhangers die lekker ruiken}\)