\(\)In een doos met 300 stukken snoepgoed zijn \(\frac{4}{6}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{3}{10}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
\(\frac{4}{6}\times\frac{3}{10}\times 300=60\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)