Krachten

Hoofdmenu Eentje per keer 

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

  1. \(\)Een veer (k = 6 N/m) ondervindt een veerkracht van 34{,}8 N. Hoeveel m rekt zij uit? \(\)
  2. \(\)Een winkelkar wordt geduwd door Rojin met een kracht van 400 N. Dina staat aan de andere kant van de kar en trekt met een kracht van 900 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  3. \(\)Een veer (k = 6 N/m) verlengt 41 dm . Wat is de veerkracht? \(\)
  4. \(\)Een veer (k = 7 N/m) verlengt 7500 mm . Wat is de veerkracht? \(\)
  5. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Nabil met een kracht van 800 N. Imane trekt onder een hoek van 45° met een kracht van 500 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  6. \(\)Op Aarde (g = 9{,}81 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 88{,}29 N. Bereken de zwaartekracht van het voorwerp op Saturnus (g = 9{,}05 N/kg). \(\)
  7. \(\)Een veer verlengt 43 dm en ondervindt een veerkracht van 34{,}4 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  8. \(\)Op Aarde (g = 9{,}81 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 127{,}53 N. Bereken de massa van het voorwerp. \(\)
  9. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Ilias met een kracht van 900 N. Sofiane trekt onder een hoek van 45° met een kracht van 400 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  10. \(\)Een veer (k = 2 N/m) ondervindt een veerkracht van 11 N. Hoeveel cm rekt zij uit? \(\)
  11. \(\)Welke zwaartekracht ondervindt een voorwerp van 11 kg op Saturnus (g = 9{,}05 N/kg)? \(\)
  12. \(\)Een veer (k = 3 N/m) verlengt 7900 mm . Wat is de veerkracht? \(\)

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

Verbetersleutel

  1. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{34{,}8 N}{6 N/m} = 5{,}8m \\ \text{De veer rekt 5{,}8 m uit}\)
  2. \(\rightarrow F_{Rojin} = 400 N ; F_{Dina} = 900 N \rightarrow \\F_R = 400 N + 900 N = 1300 N \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van 1300 N naar Dina toe}\)
  3. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (6 N/m ) . (4{,}1 m) = 24{,}6N \\ \text{De veerkracht is 24{,}6N}\)
  4. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (7 N/m ) . (7{,}5 m) = 52{,}5N \\ \text{De veerkracht is 52{,}5N}\)
  5. \(\rightarrow F_{Nabil} = 800 N ; F_{Imane} = 500 N \nearrow \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van ongeveer 1210 N (o.b.v. schets) }\)
  6. \(m = \dfrac{F_Z}{9{,}05 N/kg} = \dfrac{88{,}29 N}{9{,}81 N/kg} \\ \Leftrightarrow F_Z = \dfrac{88{,}29 N .9{,}05 N/kg}{9{,}81 N/kg} = 81{,}45N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Saturnus is 81{,}45N }\)
  7. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{34{,}4N}{4{,}3m} = 8 N/m \\ \text{De veerconstante is 8 N/m}\)
  8. \(m = \dfrac{F_Z}{g} = \dfrac{127{,}53N}{9{,}81 N/kg} = 13 kg \\ \text{De massa van het voorwerp is 13 kg}\)
  9. \(\rightarrow F_{Ilias} = 900 N ; F_{Sofiane} = 400 N \nearrow \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van ongeveer 1220 N (o.b.v. schets) }\)
  10. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{11 N}{2 N/m} = 5{,}5m =550 cm \\ \text{De veer rekt 550 cm uit}\)
  11. \(F_Z = m . g = (11 kg) . (9{,}05 N/kg) = 99{,}55N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Saturnus is 99{,}55N }\)
  12. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (3 N/m ) . (7{,}9 m) = 23{,}7N \\ \text{De veerkracht is 23{,}7N}\)
Oefeningengenerator wiskundeoefeningen.be 2025-11-12 15:03:22
Een site van Busleyden Atheneum Mechelen