Krachten

Hoofdmenu Eentje per keer 

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

  1. \(\)Een veer (k = 10 N/m) verlengt 12 dm . Wat is de veerkracht? \(\)
  2. \(\)Op Mercurius (g = 2{,}78 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 33{,}36 N. Bereken de massa van het voorwerp. \(\)
  3. \(\)Een veer (k = 8 N/m) ondervindt een veerkracht van 14{,}4 N. Hoeveel mm rekt zij uit? \(\)
  4. \(\)Op Jupiter (g = 22{,}9 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 160{,}3 N. Bereken de massa van het voorwerp. \(\)
  5. \(\)Een veer (k = 11 N/m) ondervindt een veerkracht van 61{,}6 N. Hoeveel cm rekt zij uit? \(\)
  6. \(\)Een veer verlengt 2 m en ondervindt een veerkracht van 26 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  7. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Inaya met een kracht van 700 N. Sofiane trekt onder een hoek van 45° met een kracht van 800 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  8. \(\)Een winkelkar wordt geduwd door Inaya met een kracht van 300 N. Bilal staat aan de andere kant van de kar en trekt met een kracht van 1000 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  9. \(\)Welke zwaartekracht ondervindt een voorwerp van 5 kg op Venus (g = 8{,}6 N/kg)? \(\)
  10. \(\)Op Mars (g = 3{,}72 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 22{,}32 N. Bereken de zwaartekracht van het voorwerp op Uranus (g = 7{,}77 N/kg). \(\)
  11. \(\)Op de maan (g = 1{,}62 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 8{,}1 N. Bereken de massa van het voorwerp. \(\)
  12. \(\)Ilias en Anissa trekken aan weerszijden van een winkelkar. Ilias trekt met een kracht van 300 N, Anissa met een kracht van 900 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

Verbetersleutel

  1. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (10 N/m ) . (1{,}2 m) = 12N \\ \text{De veerkracht is 12N}\)
  2. \(m = \dfrac{F_Z}{g} = \dfrac{33{,}36N}{2{,}78 N/kg} = 12 kg \\ \text{De massa van het voorwerp is 12 kg}\)
  3. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{14{,}4 N}{8 N/m} = 1{,}8m =1800 mm \\ \text{De veer rekt 1800 mm uit}\)
  4. \(m = \dfrac{F_Z}{g} = \dfrac{160{,}3N}{22{,}9 N/kg} = 7 kg \\ \text{De massa van het voorwerp is 7 kg}\)
  5. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{61{,}6 N}{11 N/m} = 5{,}6m =560 cm \\ \text{De veer rekt 560 cm uit}\)
  6. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{26N}{2m} = 13 N/m \\ \text{De veerconstante is 13 N/m}\)
  7. \(\rightarrow F_{Inaya} = 700 N ; F_{Sofiane} = 800 N \nearrow \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van ongeveer 1390 N (o.b.v. schets) }\)
  8. \(\rightarrow F_{Inaya} = 300 N ; F_{Bilal} = 1000 N \rightarrow \\F_R = 300 N + 1000 N = 1300 N \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van 1300 N naar Bilal toe}\)
  9. \(F_Z = m . g = (5 kg) . (8{,}6 N/kg) = 43N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Venus is 43N }\)
  10. \(m = \dfrac{F_Z}{7{,}77 N/kg} = \dfrac{22{,}32 N}{3{,}72 N/kg} \\ \Leftrightarrow F_Z = \dfrac{22{,}32 N .7{,}77 N/kg}{3{,}72 N/kg} = 46{,}62N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Uranus is 46{,}62N }\)
  11. \(m = \dfrac{F_Z}{g} = \dfrac{8{,}1N}{1{,}62 N/kg} = 5 kg \\ \text{De massa van het voorwerp is 5 kg}\)
  12. \(\leftarrow F_{Ilias} = 300 N ; F_{Anissa} = 900 N \rightarrow \\F_R = 900 N - 300 N = 600 N \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van 600 N naar Anissa toe}\)
Oefeningengenerator wiskundeoefeningen.be 2025-07-14 23:01:25
Een site van Busleyden Atheneum Mechelen