Krachten

Hoofdmenu Eentje per keer 

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

  1. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Dina met een kracht van 700 N. Nabil trekt onder een hoek van 45° met een kracht van 400 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  2. \(\)Een veer (k = 13 N/m) verlengt 57 dm . Wat is de veerkracht? \(\)
  3. \(\)Een veer (k = 5 N/m) ondervindt een veerkracht van 33 N. Hoeveel dm rekt zij uit? \(\)
  4. \(\)Welke zwaartekracht ondervindt een voorwerp van 20 kg op Mars (g = 3{,}72 N/kg)? \(\)
  5. \(\)Op Mercurius (g = 2{,}78 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 38{,}92 N. Bereken de zwaartekracht van het voorwerp op Aarde (g = 9{,}81 N/kg). \(\)
  6. \(\)Op de maan (g = 1{,}62 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 17{,}82 N. Bereken de zwaartekracht van het voorwerp op Jupiter (g = 22{,}9 N/kg). \(\)
  7. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Rojin met een kracht van 800 N. Imane trekt onder een hoek van 45° met een kracht van 600 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  8. \(\)Een veer verlengt 24 dm en ondervindt een veerkracht van 14{,}4 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  9. \(\)Een veer (k = 10 N/m) verlengt 990 cm . Wat is de veerkracht? \(\)
  10. \(\)Op Uranus (g = 7{,}77 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 132{,}09 N. Bereken de zwaartekracht van het voorwerp op Aarde (g = 9{,}81 N/kg). \(\)
  11. \(\)Welke zwaartekracht ondervindt een voorwerp van 10 kg op Saturnus (g = 9{,}05 N/kg)? \(\)
  12. \(\)Op Saturnus (g = 9{,}05 N/kg) ondervindt een voorwerp een zwaartekracht van 153{,}85 N. Bereken de massa van het voorwerp. \(\)

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

Verbetersleutel

  1. \(\rightarrow F_{Dina} = 700 N ; F_{Nabil} = 400 N \nearrow \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van ongeveer 1020 N (o.b.v. schets) }\)
  2. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (13 N/m ) . (5{,}7 m) = 74{,}1N \\ \text{De veerkracht is 74{,}1N}\)
  3. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{33 N}{5 N/m} = 6{,}6m =66 dm \\ \text{De veer rekt 66 dm uit}\)
  4. \(F_Z = m . g = (20 kg) . (3{,}72 N/kg) = 74{,}4N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Mars is 74{,}4N }\)
  5. \(m = \dfrac{F_Z}{9{,}81 N/kg} = \dfrac{38{,}92 N}{2{,}78 N/kg} \\ \Leftrightarrow F_Z = \dfrac{38{,}92 N .9{,}81 N/kg}{2{,}78 N/kg} = 137{,}34N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Aarde is 137{,}34N }\)
  6. \(m = \dfrac{F_Z}{22{,}9 N/kg} = \dfrac{17{,}82 N}{1{,}62 N/kg} \\ \Leftrightarrow F_Z = \dfrac{17{,}82 N .22{,}9 N/kg}{1{,}62 N/kg} = 251{,}9N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Jupiter is 251{,}9N }\)
  7. \(\rightarrow F_{Rojin} = 800 N ; F_{Imane} = 600 N \nearrow \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van ongeveer 1300 N (o.b.v. schets) }\)
  8. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{14{,}4N}{2{,}4m} = 6 N/m \\ \text{De veerconstante is 6 N/m}\)
  9. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (10 N/m ) . (9{,}9 m) = 99N \\ \text{De veerkracht is 99N}\)
  10. \(m = \dfrac{F_Z}{9{,}81 N/kg} = \dfrac{132{,}09 N}{7{,}77 N/kg} \\ \Leftrightarrow F_Z = \dfrac{132{,}09 N .9{,}81 N/kg}{7{,}77 N/kg} = 166{,}77N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Aarde is 166{,}77N }\)
  11. \(F_Z = m . g = (10 kg) . (9{,}05 N/kg) = 90{,}5N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Saturnus is 90{,}5N }\)
  12. \(m = \dfrac{F_Z}{g} = \dfrac{153{,}85N}{9{,}05 N/kg} = 17 kg \\ \text{De massa van het voorwerp is 17 kg}\)
Oefeningengenerator wiskundeoefeningen.be 2024-11-21 07:21:00
Een site van Busleyden Atheneum Mechelen