Krachten

Hoofdmenu Eentje per keer 

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

  1. \(\)Een veer verlengt 610 cm en ondervindt een veerkracht van 54{,}9 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  2. \(\)Welke zwaartekracht ondervindt een voorwerp van 15 kg op Jupiter (g = 22{,}9 N/kg)? \(\)
  3. \(\)Een veer (k = 11 N/m) verlengt 950 cm . Wat is de veerkracht? \(\)
  4. \(\)Een veer (k = 3 N/m) verlengt 850 cm . Wat is de veerkracht? \(\)
  5. \(\)Een winkelkar wordt geduwd door Nabil met een kracht van 800 N. Anissa staat aan de andere kant van de kar en trekt met een kracht van 1000 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  6. \(\)Een veer (k = 6 N/m) ondervindt een veerkracht van 25{,}8 N. Hoeveel dm rekt zij uit? \(\)
  7. \(\)Een winkelkar wordt getrokken door Inaya met een kracht van 400 N. Farah trekt onder een hoek van 90° met een kracht van 800 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  8. \(\)Een veer (k = 7 N/m) ondervindt een veerkracht van 23{,}8 N. Hoeveel mm rekt zij uit? \(\)
  9. \(\)Een winkelkar wordt geduwd door Ilias met een kracht van 800 N. Bilal staat aan de andere kant van de kar en trekt met een kracht van 600 N. Teken en bepaal de resulterende kracht\(\)
  10. \(\)Een veer verlengt 9800 mm en ondervindt een veerkracht van 78{,}4 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  11. \(\)Een veer verlengt 100 mm en ondervindt een veerkracht van 1{,}1 N. Wat is de veerconstante? \(\)
  12. \(\)Een veer (k = 8 N/m) ondervindt een veerkracht van 53{,}6 N. Hoeveel dm rekt zij uit? \(\)

Zet het vraagstuk om in wiskundetaal en bereken

Verbetersleutel

  1. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{54{,}9N}{6{,}1m} = 9 N/m \\ \text{De veerconstante is 9 N/m}\)
  2. \(F_Z = m . g = (15 kg) . (22{,}9 N/kg) = 343{,}5N \\ \text{De zwaartekracht die het voorwerp ondervindt op Jupiter is 343{,}5N }\)
  3. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (11 N/m ) . (9{,}5 m) = 104{,}5N \\ \text{De veerkracht is 104{,}5N}\)
  4. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow F_V = (3 N/m ) . (8{,}5 m) = 25{,}5N \\ \text{De veerkracht is 25{,}5N}\)
  5. \(\rightarrow F_{Nabil} = 800 N ; F_{Anissa} = 1000 N \rightarrow \\F_R = 800 N + 1000 N = 1800 N \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van 1800 N naar Anissa toe}\)
  6. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{25{,}8 N}{6 N/m} = 4{,}3m =43 dm \\ \text{De veer rekt 43 dm uit}\)
  7. \(\rightarrow F_{Inaya} = 400 N ; F_{Farah} = 800 N \uparrow \\F_R = \sqrt{400^2 + 800^2} N \text{(Pythagoras)} \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van (afgerond) 894{,}4 N }\)
  8. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{23{,}8 N}{7 N/m} = 3{,}4m =3400 mm \\ \text{De veer rekt 3400 mm uit}\)
  9. \(\rightarrow F_{Ilias} = 800 N ; F_{Bilal} = 600 N \rightarrow \\F_R = 800 N + 600 N = 1400 N \\ \text{De kar beweegt met een resulterende kracht van 1400 N naar Bilal toe}\)
  10. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{78{,}4N}{9{,}8m} = 8 N/m \\ \text{De veerconstante is 8 N/m}\)
  11. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow k = \dfrac{F_V}{\Delta l} = \dfrac{1{,}1N}{0{,}1m} = 11 N/m \\ \text{De veerconstante is 11 N/m}\)
  12. \(F_V = k . \Delta l \\ \Leftrightarrow \Delta l = \dfrac{53{,}6 N}{8 N/m} = 6{,}7m =67 dm \\ \text{De veer rekt 67 dm uit}\)
Oefeningengenerator wiskundeoefeningen.be 2025-11-22 12:02:04
Een site van Busleyden Atheneum Mechelen