Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1486 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 38 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 50364 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1447 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 39 euro en 48 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 62760 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 19 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 13 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 12 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 10 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1543 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 34 euro en 41 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 57887 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1285 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 22 euro en 27 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 31965 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1317 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 32 euro en 36 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 45052 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1064 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 33 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 33606 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 9 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 3 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 19 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 3 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1040 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 37 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 34966 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\)
- \(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 5 gasten zitten, dan hebben 4 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 7 gasten zitten, dan zijn er 90 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 10 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 2 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 7 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 5 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\)
- \(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 10 gasten zitten, dan hebben 5 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 12 gasten zitten, dan zijn er 49 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\)
Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
Verbetersleutel
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1486 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 38 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 50364 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 30 euro }\\
\text{ 1486 - x is het aantal kaarten van 38 euro }\\
\color{red}{ 30.x+38.(1486 - x)=50364 }\\
\Leftrightarrow 30.x+38.1486-38.x=50364 \\
\Leftrightarrow -8.x+56468=50364 \\
\Leftrightarrow -8.x=-6104 \\
\Leftrightarrow x=-6104.\frac{1}{-8} = 763 \\
\text{Er zijn 763 kaarten van 30 euro en 723 kaarten van 38 euro.}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1447 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 39 euro en 48 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 62760 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 39 euro }\\
\text{ 1447 - x is het aantal kaarten van 48 euro }\\
\color{red}{ 39.x+48.(1447 - x)=62760 }\\
\Leftrightarrow 39.x+48.1447-48.x=62760 \\
\Leftrightarrow -9.x+69456=62760 \\
\Leftrightarrow -9.x=-6696 \\
\Leftrightarrow x=-6696.\frac{1}{-9} = 744 \\
\text{Er zijn 744 kaarten van 39 euro en 703 kaarten van 48 euro.}
\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 19 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 13 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 12 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 10 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\\--\\
\text{Dit vraagstuk heeft helemaal niets te maken met vergelijkingen van de eerste graad.}\\
\text{Het totaal aantal soldaten was 526 . Maar het had ook een andere waarde kunnen zijn.}\\
\text{Heb jij een idee?}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1543 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 34 euro en 41 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 57887 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 34 euro }\\
\text{ 1543 - x is het aantal kaarten van 41 euro }\\
\color{red}{ 34.x+41.(1543 - x)=57887 }\\
\Leftrightarrow 34.x+41.1543-41.x=57887 \\
\Leftrightarrow -7.x+63263=57887 \\
\Leftrightarrow -7.x=-5376 \\
\Leftrightarrow x=-5376.\frac{1}{-7} = 768 \\
\text{Er zijn 768 kaarten van 34 euro en 775 kaarten van 41 euro.}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1285 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 22 euro en 27 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 31965 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 22 euro }\\
\text{ 1285 - x is het aantal kaarten van 27 euro }\\
\color{red}{ 22.x+27.(1285 - x)=31965 }\\
\Leftrightarrow 22.x+27.1285-27.x=31965 \\
\Leftrightarrow -5.x+34695=31965 \\
\Leftrightarrow -5.x=-2730 \\
\Leftrightarrow x=-2730.\frac{1}{-5} = 546 \\
\text{Er zijn 546 kaarten van 22 euro en 739 kaarten van 27 euro.}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1317 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 32 euro en 36 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 45052 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 32 euro }\\
\text{ 1317 - x is het aantal kaarten van 36 euro }\\
\color{red}{ 32.x+36.(1317 - x)=45052 }\\
\Leftrightarrow 32.x+36.1317-36.x=45052 \\
\Leftrightarrow -4.x+47412=45052 \\
\Leftrightarrow -4.x=-2360 \\
\Leftrightarrow x=-2360.\frac{1}{-4} = 590 \\
\text{Er zijn 590 kaarten van 32 euro en 727 kaarten van 36 euro.}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1064 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 33 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 33606 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 30 euro }\\
\text{ 1064 - x is het aantal kaarten van 33 euro }\\
\color{red}{ 30.x+33.(1064 - x)=33606 }\\
\Leftrightarrow 30.x+33.1064-33.x=33606 \\
\Leftrightarrow -3.x+35112=33606 \\
\Leftrightarrow -3.x=-1506 \\
\Leftrightarrow x=-1506.\frac{1}{-3} = 502 \\
\text{Er zijn 502 kaarten van 30 euro en 562 kaarten van 33 euro.}
\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 9 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 3 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 19 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 3 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\\--\\
\text{Dit vraagstuk heeft helemaal niets te maken met vergelijkingen van de eerste graad.}\\
\text{Het totaal aantal soldaten was 1371 . Maar het had ook een andere waarde kunnen zijn.}\\
\text{Heb jij een idee?}
\)
- \(\text{De Red Flames spelen een wedstrijd tegen Portugal.}\\
\text{Door de coronamaatregelen waren er slechts 1040 toeschouwers.}\\
\text{De toegangskaarten kosten 30 euro en 37 euro.}\\
\text{In totaal bracht dit 34966 euro op.}\\
\text{Hoeveel kaarten waren er van elke soort?}\\--\\
\text{x is het aantal kaarten van 30 euro }\\
\text{ 1040 - x is het aantal kaarten van 37 euro }\\
\color{red}{ 30.x+37.(1040 - x)=34966 }\\
\Leftrightarrow 30.x+37.1040-37.x=34966 \\
\Leftrightarrow -7.x+38480=34966 \\
\Leftrightarrow -7.x=-3514 \\
\Leftrightarrow x=-3514.\frac{1}{-7} = 502 \\
\text{Er zijn 502 kaarten van 30 euro en 538 kaarten van 37 euro.}
\)
- \(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 5 gasten zitten, dan hebben 4 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 7 gasten zitten, dan zijn er 90 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\\--\\
\text{x is het aantal tafels}\\
\color{red}{ 5.x+4 = 7.x -90 } \\
\Leftrightarrow 5.x - 7.x = -90 - 4\\
\Leftrightarrow -2x = -94\\
\Leftrightarrow x = 47 \\
\text{Er staan 47 tafels in de feestzaal.}
\)
- \(\text{In de 3e E vC had het Chinese leger een bijzondere manier om haar manschappen te tellen.}\\
\text{Tijdens het marcheren werd gevraagd om in rijen van (bvb.) 10 soldaten te lopen.}\\
\text{Achteraan noteerde iemand het aantal soldaten in de laatste (onvolledige) rij. Hier: 2 }\\
\text{Vervolgens werd gevraagd om in een ander aantal rijen te lopen, bvb. per 7 }\\
\text{De persoon achteraan noteerde (in dit geval) dat er 5 soldaten in de laatste rij stonden }\\
\text{Hoeveel soldaten zaten er in deze grote groep? }
\\--\\
\text{Dit vraagstuk heeft helemaal niets te maken met vergelijkingen van de eerste graad.}\\
\text{Het totaal aantal soldaten was 1762 . Maar het had ook een andere waarde kunnen zijn.}\\
\text{Heb jij een idee?}
\)
- \(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 10 gasten zitten, dan hebben 5 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 12 gasten zitten, dan zijn er 49 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\\--\\
\text{x is het aantal tafels}\\
\color{red}{ 10.x+5 = 12.x -49 } \\
\Leftrightarrow 10.x - 12.x = -49 - 5\\
\Leftrightarrow -2x = -54\\
\Leftrightarrow x = 27 \\
\text{Er staan 27 tafels in de feestzaal.}
\)