Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
\(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 6 gasten zitten, dan hebben 4 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 10 gasten zitten, dan zijn er 88 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\)
\(\text{In een feestzaal staan tafels.}\\
\text{Als aan elke tafel 6 gasten zitten, dan hebben 4 gasten geen plaats }\\
\text{Als er aan elke tafel 10 gasten zitten, dan zijn er 88 plaatsen over}\\
\text{Hoeveel tafels staan er in de feestzaal?}
\\--\\
\text{x is het aantal tafels}\\
\color{red}{ 6.x+4 = 10.x -88 } \\
\Leftrightarrow 6.x - 10.x = -88 - 4\\
\Leftrightarrow -4x = -92\\
\Leftrightarrow x = 23 \\
\text{Er staan 23 tafels in de feestzaal.}
\)