Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
- \(\text{ Mila en Anthe verzamelen pokemonkaarten.}\\\text{ Samen hebben ze er 463, maar Mila heeft er 123 minder dan Anthe .} \\\text{ Hoeveel pokemonkaarten hebben ze elk? }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 140 meter.} \\\text{De lengte is 34 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Zahra doet mee aan een quiz waarin je 40 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 2 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Zahra 352 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Zahra juist?}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 100 meter.} \\\text{De lengte is 36 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 222 meter.} \\\text{De lengte is 83 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 138 meter.} \\\text{De lengte is 49 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Zahra en Khadija verzamelen pokemonkaarten.}\\\text{ Samen hebben ze er 395, maar Zahra heeft er 117 minder dan Khadija .} \\\text{ Hoeveel pokemonkaarten hebben ze elk? }\)
- \(\text{ Geogrios en Mila verzamelen bebloede tanden.}\\\text{ Samen hebben ze er 395, maar Geogrios heeft er 117 minder dan Mila .} \\\text{ Hoeveel bebloede tanden hebben ze elk? }\)
- \(\text{In de zoo van California zijn er heel wat Flamingo's en Kamelen.}\\
\text{De hoogtechnologische voederbakken telden door een bug het aantal Flamingo's en Kamelen samen.} \\
\text{De machines telden in totaal 65 verschillende koppen en 172 verschillende poten.} \\
\text{Hoeveel Flamingo's en Kamelen zijn er precies?}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 180 meter.} \\\text{De lengte is 60 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Khadija doet mee aan een quiz waarin je 50 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 5 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Khadija 470 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Khadija juist?}\)
- \(\text{ Emely doet mee aan een quiz waarin je 35 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 9 euro. Bij een fout antwoord gaat er 2 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Emely 304 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Emely juist?}\)
Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
Verbetersleutel
- \(\text{ Mila en Anthe verzamelen pokemonkaarten.}\\\text{ Samen hebben ze er 463, maar Mila heeft er 123 minder dan Anthe .} \\\text{ Hoeveel pokemonkaarten hebben ze elk? }\\\text{ x is aantal pokemonkaarten van Anthe } \\
\text{ x-123 is het aantal pokemonkaarten van Mila } \\
\color{red}{x + x -123 = 463} \\
\Leftrightarrow 2.x -123 = 463 \\
\Leftrightarrow 2.x = 463 +123=586\\
\Leftrightarrow x = 293 \\
\text{ Anthe heeft 293 pokemonkaarten en Mila heeft er 123 minder, dus 170 }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 140 meter.} \\\text{De lengte is 34 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 34 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 34) + x + (x - 34) = 140} \\
\Leftrightarrow 4.x - 68= 140 \\
\Leftrightarrow 4.x = 140 + 68 = 208\\
\Leftrightarrow x = 52 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 52 m en een breedte van 18 m}\)
- \(\text{ Zahra doet mee aan een quiz waarin je 40 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 2 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Zahra 352 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Zahra juist?}\\\text{x is het aantal juiste antwoorden}\\
\text{ 40 - x is het aantal foute antwoorden} \\
\color{red}{ 10.x-2.(40-x) = 352}\\
\Leftrightarrow 10.x - 2.40 + 2.x = 352 \text{(distributiviteit)} \\
\Leftrightarrow 12.x - 80 = 352 \\
\Leftrightarrow 12.x = 352 + 80=432 \\
\Leftrightarrow x = 36 \\
\text{ Zahra heeft 36 antwoorden juist}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 100 meter.} \\\text{De lengte is 36 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 36 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 36) + x + (x - 36) = 100} \\
\Leftrightarrow 4.x - 72= 100 \\
\Leftrightarrow 4.x = 100 + 72 = 172\\
\Leftrightarrow x = 43 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 43 m en een breedte van 7 m}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 222 meter.} \\\text{De lengte is 83 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 83 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 83) + x + (x - 83) = 222} \\
\Leftrightarrow 4.x - 166= 222 \\
\Leftrightarrow 4.x = 222 + 166 = 388\\
\Leftrightarrow x = 97 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 97 m en een breedte van 14 m}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 138 meter.} \\\text{De lengte is 49 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 49 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 49) + x + (x - 49) = 138} \\
\Leftrightarrow 4.x - 98= 138 \\
\Leftrightarrow 4.x = 138 + 98 = 236\\
\Leftrightarrow x = 59 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 59 m en een breedte van 10 m}\)
- \(\text{ Zahra en Khadija verzamelen pokemonkaarten.}\\\text{ Samen hebben ze er 395, maar Zahra heeft er 117 minder dan Khadija .} \\\text{ Hoeveel pokemonkaarten hebben ze elk? }\\\text{ x is aantal pokemonkaarten van Khadija } \\
\text{ x-117 is het aantal pokemonkaarten van Zahra } \\
\color{red}{x + x -117 = 395} \\
\Leftrightarrow 2.x -117 = 395 \\
\Leftrightarrow 2.x = 395 +117=512\\
\Leftrightarrow x = 256 \\
\text{ Khadija heeft 256 pokemonkaarten en Zahra heeft er 117 minder, dus 139 }\)
- \(\text{ Geogrios en Mila verzamelen bebloede tanden.}\\\text{ Samen hebben ze er 395, maar Geogrios heeft er 117 minder dan Mila .} \\\text{ Hoeveel bebloede tanden hebben ze elk? }\\\text{ x is aantal bebloede tanden van Mila } \\
\text{ x-117 is het aantal bebloede tanden van Geogrios } \\
\color{red}{x + x -117 = 395} \\
\Leftrightarrow 2.x -117 = 395 \\
\Leftrightarrow 2.x = 395 +117=512\\
\Leftrightarrow x = 256 \\
\text{ Mila heeft 256 bebloede tanden en Geogrios heeft er 117 minder, dus 139 }\)
- \(\text{In de zoo van California zijn er heel wat Flamingo's en Kamelen.}\\
\text{De hoogtechnologische voederbakken telden door een bug het aantal Flamingo's en Kamelen samen.} \\
\text{De machines telden in totaal 65 verschillende koppen en 172 verschillende poten.} \\
\text{Hoeveel Flamingo's en Kamelen zijn er precies?}\\
\text{x is het aantal Flamingo's}\\
65 - x \text{ is het aantal Kamelen (op basis van het aantal koppen)}\\
\color{red}{2.x + 4.(65-x)=172 } \text{ (op basis van het aantal poten)}\\
\Leftrightarrow 2.x + 4.65 - 4.x = 172 \\
\Leftrightarrow -2.x + 260=172 \\
\Leftrightarrow -2.x = 172 - 260=-88\\
\Leftrightarrow x = -88.\left(\frac{1}{-2}\right)=44\\
\text{Er zijn 44 Flamingo's en dus 21 Kamelen }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 180 meter.} \\\text{De lengte is 60 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 60 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 60) + x + (x - 60) = 180} \\
\Leftrightarrow 4.x - 120= 180 \\
\Leftrightarrow 4.x = 180 + 120 = 300\\
\Leftrightarrow x = 75 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 75 m en een breedte van 15 m}\)
- \(\text{ Khadija doet mee aan een quiz waarin je 50 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 5 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Khadija 470 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Khadija juist?}\\\text{x is het aantal juiste antwoorden}\\
\text{ 50 - x is het aantal foute antwoorden} \\
\color{red}{ 10.x-5.(50-x) = 470}\\
\Leftrightarrow 10.x - 5.50 + 5.x = 470 \text{(distributiviteit)} \\
\Leftrightarrow 15.x - 250 = 470 \\
\Leftrightarrow 15.x = 470 + 250=720 \\
\Leftrightarrow x = 48 \\
\text{ Khadija heeft 48 antwoorden juist}\)
- \(\text{ Emely doet mee aan een quiz waarin je 35 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 9 euro. Bij een fout antwoord gaat er 2 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Emely 304 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Emely juist?}\\\text{x is het aantal juiste antwoorden}\\
\text{ 35 - x is het aantal foute antwoorden} \\
\color{red}{ 9.x-2.(35-x) = 304}\\
\Leftrightarrow 9.x - 2.35 + 2.x = 304 \text{(distributiviteit)} \\
\Leftrightarrow 11.x - 70 = 304 \\
\Leftrightarrow 11.x = 304 + 70=374 \\
\Leftrightarrow x = 34 \\
\text{ Emely heeft 34 antwoorden juist}\)