Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
- \(\text{ Zahra en Khadija verzamelen magneten.}\\\text{ Samen hebben ze er 375, maar Zahra heeft er 95 meer dan Khadija .} \\\text{ Hoeveel magneten hebben ze elk? }\)
- \(\text{In de zoo van California zijn er heel wat Flamingo's en Kamelen.}\\
\text{De hoogtechnologische voederbakken telden door een bug het aantal Flamingo's en Kamelen samen.} \\
\text{De machines telden in totaal 44 verschillende koppen en 134 verschillende poten.} \\
\text{Hoeveel Flamingo's en Kamelen zijn er precies?}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 134 meter.} \\\text{De lengte is 33 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 188 meter.} \\\text{De lengte is 58 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Romaisae doet mee aan een quiz waarin je 25 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 4 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Romaisae 180 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Romaisae juist?}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 120 meter.} \\\text{De lengte is 46 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Rebecca en Romaisae verzamelen magneten.}\\\text{ Samen hebben ze er 461, maar Rebecca heeft er 25 meer dan Romaisae .} \\\text{ Hoeveel magneten hebben ze elk? }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 74 meter.} \\\text{De lengte is 19 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{ Mila doet mee aan een quiz waarin je 40 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 8 euro. Bij een fout antwoord gaat er 5 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Mila 255 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Mila juist?}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 264 meter.} \\\text{De lengte is 96 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 156 meter.} \\\text{De lengte is 52 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 222 meter.} \\\text{De lengte is 83 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\)
Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
Verbetersleutel
- \(\text{ Zahra en Khadija verzamelen magneten.}\\\text{ Samen hebben ze er 375, maar Zahra heeft er 95 meer dan Khadija .} \\\text{ Hoeveel magneten hebben ze elk? }\\\text{ x is aantal magneten van Khadija } \\
\text{ x+95 is het aantal magneten van Zahra } \\
\color{red}{x + x +95 = 375} \\
\Leftrightarrow 2.x +95 = 375 \\
\Leftrightarrow 2.x = 375 -95=280\\
\Leftrightarrow x = 140 \\
\text{ Khadija heeft 140 magneten en Zahra heeft er 95 meer, dus 235 }\)
- \(\text{In de zoo van California zijn er heel wat Flamingo's en Kamelen.}\\
\text{De hoogtechnologische voederbakken telden door een bug het aantal Flamingo's en Kamelen samen.} \\
\text{De machines telden in totaal 44 verschillende koppen en 134 verschillende poten.} \\
\text{Hoeveel Flamingo's en Kamelen zijn er precies?}\\
\text{x is het aantal Flamingo's}\\
44 - x \text{ is het aantal Kamelen (op basis van het aantal koppen)}\\
\color{red}{2.x + 4.(44-x)=134 } \text{ (op basis van het aantal poten)}\\
\Leftrightarrow 2.x + 4.44 - 4.x = 134 \\
\Leftrightarrow -2.x + 176=134 \\
\Leftrightarrow -2.x = 134 - 176=-42\\
\Leftrightarrow x = -42.\left(\frac{1}{-2}\right)=21\\
\text{Er zijn 21 Flamingo's en dus 23 Kamelen }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 134 meter.} \\\text{De lengte is 33 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 33 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 33) + x + (x - 33) = 134} \\
\Leftrightarrow 4.x - 66= 134 \\
\Leftrightarrow 4.x = 134 + 66 = 200\\
\Leftrightarrow x = 50 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 50 m en een breedte van 17 m}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 188 meter.} \\\text{De lengte is 58 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 58 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 58) + x + (x - 58) = 188} \\
\Leftrightarrow 4.x - 116= 188 \\
\Leftrightarrow 4.x = 188 + 116 = 304\\
\Leftrightarrow x = 76 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 76 m en een breedte van 18 m}\)
- \(\text{ Romaisae doet mee aan een quiz waarin je 25 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 10 euro. Bij een fout antwoord gaat er 4 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Romaisae 180 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Romaisae juist?}\\\text{x is het aantal juiste antwoorden}\\
\text{ 25 - x is het aantal foute antwoorden} \\
\color{red}{ 10.x-4.(25-x) = 180}\\
\Leftrightarrow 10.x - 4.25 + 4.x = 180 \text{(distributiviteit)} \\
\Leftrightarrow 14.x - 100 = 180 \\
\Leftrightarrow 14.x = 180 + 100=280 \\
\Leftrightarrow x = 20 \\
\text{ Romaisae heeft 20 antwoorden juist}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 120 meter.} \\\text{De lengte is 46 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 46 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 46) + x + (x - 46) = 120} \\
\Leftrightarrow 4.x - 92= 120 \\
\Leftrightarrow 4.x = 120 + 92 = 212\\
\Leftrightarrow x = 53 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 53 m en een breedte van 7 m}\)
- \(\text{ Rebecca en Romaisae verzamelen magneten.}\\\text{ Samen hebben ze er 461, maar Rebecca heeft er 25 meer dan Romaisae .} \\\text{ Hoeveel magneten hebben ze elk? }\\\text{ x is aantal magneten van Romaisae } \\
\text{ x+25 is het aantal magneten van Rebecca } \\
\color{red}{x + x +25 = 461} \\
\Leftrightarrow 2.x +25 = 461 \\
\Leftrightarrow 2.x = 461 -25=436\\
\Leftrightarrow x = 218 \\
\text{ Romaisae heeft 218 magneten en Rebecca heeft er 25 meer, dus 243 }\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 74 meter.} \\\text{De lengte is 19 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 19 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 19) + x + (x - 19) = 74} \\
\Leftrightarrow 4.x - 38= 74 \\
\Leftrightarrow 4.x = 74 + 38 = 112\\
\Leftrightarrow x = 28 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 28 m en een breedte van 9 m}\)
- \(\text{ Mila doet mee aan een quiz waarin je 40 vragen moet beantwoorden. }\\
\text{Per goed antwoord krijgt men 8 euro. Bij een fout antwoord gaat er 5 euro af.}\\
\text{Uiteindelijk verdient Mila 255 euro.} \\
\text{Hoeveel vragen heeft Mila juist?}\\\text{x is het aantal juiste antwoorden}\\
\text{ 40 - x is het aantal foute antwoorden} \\
\color{red}{ 8.x-5.(40-x) = 255}\\
\Leftrightarrow 8.x - 5.40 + 5.x = 255 \text{(distributiviteit)} \\
\Leftrightarrow 13.x - 200 = 255 \\
\Leftrightarrow 13.x = 255 + 200=455 \\
\Leftrightarrow x = 35 \\
\text{ Mila heeft 35 antwoorden juist}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 264 meter.} \\\text{De lengte is 96 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 96 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 96) + x + (x - 96) = 264} \\
\Leftrightarrow 4.x - 192= 264 \\
\Leftrightarrow 4.x = 264 + 192 = 456\\
\Leftrightarrow x = 114 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 114 m en een breedte van 18 m}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 156 meter.} \\\text{De lengte is 52 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 52 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 52) + x + (x - 52) = 156} \\
\Leftrightarrow 4.x - 104= 156 \\
\Leftrightarrow 4.x = 156 + 104 = 260\\
\Leftrightarrow x = 65 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 65 m en een breedte van 13 m}\)
- \(\text{De speelplaats heeft een omtrek van 222 meter.} \\\text{De lengte is 83 meter langer dan de breedte.} \\\text{Wat zijn de afmetingen van de speelplaats?} \\\\\text{x is de lengte van de speelplaats} \\\text{x - 83 is de breedte van de speelplaats} \\\color{red}{x + (x - 83) + x + (x - 83) = 222} \\
\Leftrightarrow 4.x - 166= 222 \\
\Leftrightarrow 4.x = 222 + 166 = 388\\
\Leftrightarrow x = 97 \\
\text{De speelplaats heeft een lengte van 97 m en een breedte van 14 m}\)