Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 8 meter in de grond. }\\\text{Een negende van de pijler staat in het water.} \\\text{ 16 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 3 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 12 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 6 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 4 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 7 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 8 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\)
- \(\text{ Lotte vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een derde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 27 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 9 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 6 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\)
- \(\text{ Emely vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 22 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Mila vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 21 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Mohamed vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 56 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Anthe vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 10 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Wouter vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 76 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
- \(\text{ Loubna vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 10 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\)
Gebruik het stappenplan voor het oplossen van vraagstukken.
Verbetersleutel
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 8 meter in de grond. }\\\text{Een negende van de pijler staat in het water.} \\\text{ 16 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\\\text{x is de lengte van de pijler} \\
\color{red}{ 8 + \frac{ 1}{ 9}.x + 16 = x }\\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 9}.x + 24 = x \\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 9}.x - x = -24 \\
\Leftrightarrow \frac{-8}{ 9}.x = -24 \\
\Leftrightarrow x = \frac{ 9}{-8}\left(-24\right) = 27 \\
\text{De lengte van de pijler is 27 m}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 3 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 12 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\\\text{x is de lengte van de pijler} \\
\color{red}{ 3 + \frac{ 1}{ 6}.x + 12 = x }\\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x + 15 = x \\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x - x = -15 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{ 6}.x = -15 \\
\Leftrightarrow x = \frac{ 6}{-5}\left(-15\right) = 18 \\
\text{De lengte van de pijler is 18 m}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 6 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 4 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\\\text{x is de lengte van de pijler} \\
\color{red}{ 6 + \frac{ 1}{ 6}.x + 4 = x }\\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x + 10 = x \\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x - x = -10 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{ 6}.x = -10 \\
\Leftrightarrow x = \frac{ 6}{-5}\left(-10\right) = 12 \\
\text{De lengte van de pijler is 12 m}\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 7 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 8 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\\\text{x is de lengte van de pijler} \\
\color{red}{ 7 + \frac{ 1}{ 6}.x + 8 = x }\\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x + 15 = x \\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x - x = -15 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{ 6}.x = -15 \\
\Leftrightarrow x = \frac{ 6}{-5}\left(-15\right) = 18 \\
\text{De lengte van de pijler is 18 m}\)
- \(\text{ Lotte vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een derde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 27 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 3}.x + \frac{1}{ 6}.x + 27 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 3}.x + \frac{1}{ 6}.x - x = -27 \\
\Leftrightarrow \frac{ 6 + 3 - 18}{ 18} . x = -27 \\
\Leftrightarrow \frac{-9}{18} . x = -27 \\
\Leftrightarrow x = -27.\left( \frac{18}{-9} \right) = 54 \\
\text{De enquête bevatte 54 vragen}
\)
- \(\text{ Een pijler van een brug zit 9 meter in de grond. }\\\text{Een zesde van de pijler staat in het water.} \\\text{ 6 meter steekt boven het water uit.}\\
\text{ Wat is de lengte van de pijler?}\\\text{x is de lengte van de pijler} \\
\color{red}{ 9 + \frac{ 1}{ 6}.x + 6 = x }\\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x + 15 = x \\
\Leftrightarrow \frac{ 1}{ 6}.x - x = -15 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{ 6}.x = -15 \\
\Leftrightarrow x = \frac{ 6}{-5}\left(-15\right) = 18 \\
\text{De lengte van de pijler is 18 m}\)
- \(\text{ Emely vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 22 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 5}.x + 22 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 5}.x - x = -22 \\
\Leftrightarrow \frac{ 5 + 4 - 20}{ 20} . x = -22 \\
\Leftrightarrow \frac{-11}{20} . x = -22 \\
\Leftrightarrow x = -22.\left( \frac{20}{-11} \right) = 40 \\
\text{De enquête bevatte 40 vragen}
\)
- \(\text{ Mila vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 21 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 5}.x + \frac{1}{ 3}.x + 21 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 5}.x + \frac{1}{ 3}.x - x = -21 \\
\Leftrightarrow \frac{ 3 + 5 - 15}{ 15} . x = -21 \\
\Leftrightarrow \frac{-7}{15} . x = -21 \\
\Leftrightarrow x = -21.\left( \frac{15}{-7} \right) = 45 \\
\text{De enquête bevatte 45 vragen}
\)
- \(\text{ Mohamed vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 56 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 6}.x + 56 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 6}.x - x = -56 \\
\Leftrightarrow \frac{ 6 + 4 - 24}{ 24} . x = -56 \\
\Leftrightarrow \frac{-14}{24} . x = -56 \\
\Leftrightarrow x = -56.\left( \frac{24}{-14} \right) = 96 \\
\text{De enquête bevatte 96 vragen}
\)
- \(\text{ Anthe vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 10 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 3}.x + 10 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 3}.x - x = -10 \\
\Leftrightarrow \frac{ 3 + 4 - 12}{ 12} . x = -10 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{12} . x = -10 \\
\Leftrightarrow x = -10.\left( \frac{12}{-5} \right) = 24 \\
\text{De enquête bevatte 24 vragen}
\)
- \(\text{ Wouter vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vijfde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een zesde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 76 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 5}.x + \frac{1}{ 6}.x + 76 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 5}.x + \frac{1}{ 6}.x - x = -76 \\
\Leftrightarrow \frac{ 6 + 5 - 30}{ 30} . x = -76 \\
\Leftrightarrow \frac{-19}{30} . x = -76 \\
\Leftrightarrow x = -76.\left( \frac{30}{-19} \right) = 120 \\
\text{De enquête bevatte 120 vragen}
\)
- \(\text{ Loubna vult een enquête in. }\\
\text{De eerste dag vult ze een vierde in.} \\
\text{De tweede dag vult ze een derde in.} \\
\text{De derde (en laatste) dag vult ze de resterende 10 vragen in.}\\
\text{Hoeveel vragen bevatte de enquête in het totaal?}\\\text{x is het totaal aantal vragen van de enquête} \\
\color{red}{\frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 3}.x + 10 = x} \\
\Leftrightarrow \frac{1}{ 4}.x + \frac{1}{ 3}.x - x = -10 \\
\Leftrightarrow \frac{ 3 + 4 - 12}{ 12} . x = -10 \\
\Leftrightarrow \frac{-5}{12} . x = -10 \\
\Leftrightarrow x = -10.\left( \frac{12}{-5} \right) = 24 \\
\text{De enquête bevatte 24 vragen}
\)